
ING
Klimaatverandering
Bekijk Details
Het ontbreekt in het beleid van ING aan het afbouwen van financiering of investering in fossiele brandstoffen. Ook mist er beleid dat bedrijven aanspoort om over te stappen op hernieuwbare energiebronnen. Daarnaast ontbreekt er voldoende strikt beleid ten aanzien van de productie van biomassa en CO2-compensatie. Ten slotte is er geen beleid dat bedrijven oplegt om geen lobby voeren om klimaatmaatregelen af te zwakken of dat bedrijven verplicht om afspraken over klimaatverandering op te nemen in hun contracten met toeleveranciers.
Voor de eigen bedrijfsvoering zijn reductiedoelstellingen vastgesteld voor broeikasgasemissies. Er worden ook uitsluitend hernieuwbare energiebronnen gebruikt. De bank meet en rapporteert over de CO2-intensiteit van een deel van de leningenportefeuille, maar nog niet over het gehele portfolio.
Bedrijven waaraan ING krediet verleent, of waarin de bank belegt, worden verwacht over hun directe en indirecte CO2-uitstoot te rapporteren. Om projectfinanciering te krijgen moeten ze deze ook verminderen. ING investeert niet in controversiële oliewinning, zoals teerzandolie.
Onderzoek door ShareAction (februari 2022) toonde aan dat ING massaal bedrijven financiert die nieuwe olie en gasvelden aanboren. Haar financiering daarvan is sinds 2016 zelfs gestegen, niet gedaald. Het Internationaal Energieagentschap maakte nochtans zeer duidelijk dat zulke nieuwe ontginningen tegen eind vorig jaar volledig stopgezet moesten worden. Alleen zo kunnen we tegen 2050 netto nuluitstoot hebben en de klimaatopwarming tot 1,5°C beperken.
In het jaarlijkse ‘Fossil Fuel Report’ komt ING telkens naar voren als een belangrijke financier van fossiele energie. Elk jaar pompt de bank miljarden in fossiele brandstoffen. Op vijf jaar tijd (2016-2021) liep hun financiering op tot meer dan 44 miljard dollar. Een significant deel daarvan ging specifiek naar projecten en bedrijven die hun gebruik van fossiele brandstoffen actief uitbreiden.
Biodiversiteit
Bekijk Details
Het ontbreekt in het beleid van ING onder meer aan de verwachting dat bedrijven criteria met betrekking tot biodiversiteit opnemen in hun contracten met onderaannemers en toeleveranciers. Ook heeft ING in het beleid rond biodiversiteit geen aandacht voor beschermde plantensoorten. Bovendien wordt haar natuurbeleid niet toegepast op vermogensbeheer voor klanten. Verder mist in het beleid de verwachting dat bedrijven waterschaarste voorkomen door uitgebreide maatregelen te nemen om de waterbehoefte van lokale ecosystemen en gemeenschappen te waarborgen.
Bedrijven waaraan ING krediet verleent, of waarin de bank belegt, worden wel verwacht rekening te houden met de bescherming van kwetsbare ecosystemen en bedreigde diersoorten. Dit gebeurt op basis van internationale standaarden voor biodiversiteit. Genetische modificatie van dieren is alleen toegestaan voor medische doeleinden. Verder verwacht ING van bedrijven die actief zijn in gebieden met waterschaarste dat zij hun watergerelateerde impact meten en rapporteren. Ze moeten ook maatregelen nemen om de impact op lokale gemeenschappen te minimaliseren.
FairFin toonde in oktober 2021 aan hoe ING de distributie van wegwerpplastic massaal financiert. Dit alomtegenwoordig plastic is enorm schadelijk voor het milieu, het klimaat en voor onze gezondheid. ING investeerde voor meer dan 14 miljard euro in sommige van de grootste gebruikers van wegwerpplastic zoals Coca-Cola en Unilever.
In april 2021 publiceerde FairFin een rapport waaruit bleek dat ING voor 4,4 miljard euro financiering gaf aan multinationals in de cacaosector. Grootschalige ontbossing van beschermde oerwouden is al decennialang een gekend probleem in de toeleveringsketens van cacaogiganten als Cargill en Barry Callebaut. Toch worden beiden door ING gefinancierd.
Uit het praktijkonderzoek ‘Oliewinning bij de Noordpool’ (2020) van de Eerlijke Bankwijzer (NL) en Greenpeace, blijkt dat ING 3,4 miljard euro uitleende aan bedrijven die verantwoordelijk zijn voor olie-en gaswinning in het poolgebied.
Mensenrechten
Bekijk Details
Het ontbreekt in het beleid van ING aan de verwachting dat bedrijven geen nederzettingen en geen economische activiteiten toestaan in bezette gebieden, in overeenstemming met het Internationale Humanitaire Recht. Daarnaast moeten bedrijven de naleving van mensenrechten niet opnemen in contracten met onderaannemers en toeleveranciers. Bovendien mist in het mensenrechtenbeleid van de bankengroep de verwachting dat bedrijven bij landverwerving uitgaan van het principe van vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde instemming (Free, Prior and Informed Consent - FPIC) van gemeenschappen met gewoonterecht in landbezit-en gebruik.
Zowel voor de eigen bedrijfsvoering, als voor bedrijven waaraan ING krediet verleent, of waarin de bank belegt, wordt verwacht dat zij de mensenrechten respecteren zoals beschreven in de UN Guiding Principles on Business and Human Rights (UNGP’s). Deze richtlijnen dienen ook te worden gevolgd bij het opstellen en implementeren van een due diligence proces. Verder wordt van bedrijven verwacht dat zij klachtenprocedures opstellen en genoegdoening garanderen indien sprake is van mensenrechtenschendingen.
ING financiert het palmoliebedrijf Socfin, dat betrokken is bij landroof, ontbossing en mensenrechtenschendingen. Ondanks verschillende rapporten hierover en loze beloftes van het bedrijf, geeft ING Socfin nog tot 2023 respijt. Hieruit blijkt dat ING haar eigen duurzaamheidsbeleid niet toepast.
In 2019 dienden verschillende ngo’s een klacht in bij de OESO tegen de vier palmoliebedrijven (Noble Group, Wilmar International, Bolloré en Socfin) die betrokken zijn bij grootschalige ontbossing van tropisch regenwoud, landroof en kinderarbeid.
In 2019 kwam aan het licht dat ING voor meer dan een miljard euro investeerde in bedrijven die zich schuldig maken aan ontbossing en mensenrechtenschendingen en die gelinkt worden aan de (bos)branden in en rond de Amazone.
Tussen 2011 en 2016 investeerde ING meer dan vijf miljard dollar in mijnbedrijven met een bedenkelijke reputatie op het vlak van mensenrechten en milieuschade. Maar liefst twee derde van de gevallen van schendingen van de mensenrechten die bij de VN gerapporteerd worden, gaan over de mijnbouwsector. Ook de helft van alle klachten tegen multinationals die bij de OESO (de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) worden neergelegd, gaan over mijnbedrijven.
Arbeidsrechten
Bekijk Details
Toch ontbreekt het in haar beleid onder meer aan de verwachting dat bedrijven zich houden aan de normen voor eerlijke wervingspraktijken en maximale werktijden. ING heeft geen beleid om bedrijven aan te sporen om werknemers een leefbaar loon te betalen. Ook verwacht ING niet dat bedrijven afspraken over arbeidsomstandigheden opnemen in hun contracten met toeleveranciers.
Bedrijven waaraan ING krediet verleent, of waarin de bank belegt, dienen zich wel te houden aan de vier fundamentele arbeidsrechten van de internationale arbeidsorganisatie ILO (vrijheid van organisatie en het recht op collectieve loononderhandeling; geen dwangarbeid; geen kinderarbeid; en geen discriminatie).
In praktijkonderzoek dat FairFin in 2021 deed naar de cacaosector, in 2020 naar de kobaltmijnbouw en in 2018 naar de productie van palmolie komt ING telkens voor als belangrijke financier van bedrijven die betrokken zijn bij allerlei wantoestanden. Zowel kinderarbeid, uitbuitingen en landroof kwamen voor in de toeleveringsketens van bedrijven die ING financiert. Het beleid van ING schiet - ondanks een voldoende score - duidelijk nog steeds tekort om deze misbruiken te voorkomen.
Wapens uitsluiten
Bekijk Details
Zo voorkomt het niet dat bedrijven wapens leveren aan conflict- en oorlogsgebieden, landen met een fragiele staat, of staten die een buitenproportioneel deel van hun begroting aan wapenaankopen besteden. Daarnaast heeft ING geen beleid rond de productie van dodelijke autonome wapensystemen (Lethal Autonomous Weapons Systems - LAWS). De bank kan het beleid ook verbeteren door strengere uitsluitingscriteria te formuleren voor de beleggingen voor klanten.
Het wapenbeleid van ING wordt voor kredietverstrekking en de eigen beleggingen strenger toegepast dan voor de beleggingen voor klanten.
Producenten van omstreden wapens zoals antipersoonsmijnen, clustermunitie, biologische en chemische wapens worden uitgesloten van financiering. Producenten van nucleaire wapens zijn niet uitgesloten. De productie en levering van nucleaire wapens moet wel in overeenstemming zijn met het non-proliferatieverdrag.
Bedrijven die zich niet houden aan wapenembargo’s van de EU of VN zijn uitgesloten van financiering.
Uit het praktijkonderzoek ‘Controversial Arms Trade’ (2019) bleek dat ING 510 miljoen euro investeerde in tien bedrijven die militair materieel— waaronder wapens, munitie, en gevechtsvliegtuigen — leveren aan landen die mensenrechten schenden, in conflict zijn, ernstig corrupt of zeer fragiel zijn. ING verstrekte leningen aan een bedrijf, en bezat aandelen en bedrijfsobligaties in de andere bedrijven.
Belastingen
Bekijk Details
Het ontbreekt in het beleid van ING onder meer aan de verwachting dat bedrijven transparant zijn over hun groepsstructuur en dat ze per land rapporteren over hun inkomsten, kosten en winsten, belastingbetalingen en subsidies van overheden. Ook wordt niet van bedrijven verwacht dat ze openheid geven over verkregen belastingovereenkomsten van lokale autoriteiten. Daarnaast moeten bedrijven geen managementsysteem hebben om actie te ondernemen tegen belastingontduiking door medewerkers.
ING heeft zelf geen dochterondernemingen in belastingparadijzen, maar heeft geen beleid op het verlenen van financiële diensten aan bedrijven in belastingparadijzen. Ook heeft ING geen beleid rond het verzorgen van internationale transacties waarvoor belastingontwijking- of ontduiking het belangrijkste doel is.
ING rapporteert wel over de eigen belastingbetalingen en activa voor ieder land waar de bank actief is. ING heeft een beleid rond het verlenen van belastingadvies met het doel om belasting te ontwijken. ING verwacht wel dat bedrijven belastingcriteria integreren in hun inkoopbeleid. Ze verwacht niet dat bedrijven afspraken over belastingbetalingen opnemen in hun contracten met toeleveranciers.
In het praktijkonderzoek ‘Dutch Banks and Tax avoidance’ (september 2014) scoort ING niet goed. ING kan niet hard maken dat de bank op geen enkele wijze betrokken is bij belastingontwijking. ING is niet transparant over bedrijfsleningen via kunstmatige constructies in belastingparadijzen. Daarnaast zijn er vraagtekens te plaatsen bij de rol van investeringsfondsen van ING in Luxemburg en de Kaaimaneilanden.
Bonusbeleid
Bekijk Details
Het bonusbeleid van ING is onvoldoende.
De Raad van Bestuur krijgt een bonus van maximaal 20% van het jaarsalaris. Het senior management en risk takers ontvangen een bonus van maximaal 100%. Er zijn uitzonderingen voor risk takers buiten de Europese Economische Zone (EEA), voor hen kan de bonus oplopen tot 200%.
ING kan een bonus terugvorderen als blijkt dat daaraan gekoppelde doelstellingen niet behaald zijn.
De helft van de bonus is gebaseerd op niet-financiële criteria. Bij de Raad van Bestuur is dat bijvoorbeeld klanttevredenheid en integratie van duurzaamheid in de bedrijfsvoering.
ING geeft geen informatie over het verschil in salarisniveau tussen de best en de slechtst betaalde werknemers. Ze geeft wel aan dat de CEO 31 keer zoveel direct loon krijgt als de gemiddelde werknemer bij ING. Dat is nog voor bonussen, worden toegekend, die het loon van de CEO verder doen stijgen.
In 2018 kondigde ING een loonsverhoging van 50%, aan voor haar CEO, via een bonussysteem. Na veel ophef en klachten trok de bank de beslissing opnieuw in. Ondanks een witwasschandaal (zie Corruptie), steeg het loon van de CEO toch nog tot 1,75 miljoen euro.
Transparantie
Bekijk Details
ING geeft geen namen van bedrijven met wie het in gesprek is over bijvoorbeeld mensenrechtenschendingen of schade aan het milieu. De bank gaat ook niet gedetailleerd in op de gespreksonderwerpen en de resultaten van die gesprekken. Ze geeft ook geen inzage in de bedrijven die op voorhand of na een engagementtraject zijn uitgesloten van financiering of belegging. Er wordt bovendien geen informatie gegeven over het stemgedrag van ING tijdens aandeelhoudersvergaderingen van bedrijven waarin de bank investeert.
De bank publiceert over de inhoud en resultaten van het duurzaamheidsbeleid en legt daarover verantwoording af in een jaarverslag. Dit is conform de GRI-richtlijnen voor duurzaamheidsrapportage. De bank publiceert een kruistabel met een uitsplitsing van de gehele leningenportefeuille per regio en sector, maar publiceert geen namen van overheden of bedrijven waarin zij investeert. ING geeft aan met hoeveel bedrijven er interactie is geweest over sociale en milieuonderwerpen (engagement). Dit is wel beperkt tot ‘wholesale clients’.
ING geeft informatie over interactie met maatschappelijke stakeholders en heeft een klachtenprocedure die ook voor derden toegankelijk is.
Corruptie
Bekijk Details
ING hanteert relevante internationale standaarden ter voorkoming van witwaspraktijken en de financiering van criminele of terroristische organisaties en personen bij de beoordeling van klanten en toetsing van financiële transacties. Voorbeelden hiervan zijn de Financial Action Task Force on Money Laundering (FATF) en de Wolfsberg Principles. ING verbiedt elke vorm van omkoping, corruptie en fraude in de eigen bedrijfsvoering en rapporteert over de eigen lobbypraktijken.
ING verwacht wel dat bedrijven anticorruptiecriteria integreren in hun inkoopbeleid. Ze verwacht niet dat bedrijven afspraken over het tegengaan van corruptie opnemen in hun contracten met toeleveranciers. ING kan haar beleid daarnaast verder verbeteren door bedrijven aan te sporen transparant te zijn over hun volledige eigendomsstructuur.
Uit onderzoek van februari 2019 blijkt dat ING in totaal 3,5 miljard dollar aan de bedrijven Odebrecht, Gunvor, Shell en SBM Offshore verstrekte. Deze bedrijven zijn al jaren betrokken bij corruptieschandalen. ING communiceert niet over de eventuele inspanningen die ze deed om een einde te maken aan de corruptie.
In 2018 trof ING de grootste schikking ooit (775 miljoen euro) met het Nederlandse gerecht voor zware, structurele tekortkomingen in witwasbestrijding. Cliënten van ING konden jarenlang ongestoord hun rekeningen gebruiken voor criminele activiteiten.
In 2019 kwam aan het licht dat ING via zijn filiaal in Moskou jarenlang bleef werken voor een bedrijf waarvan de bank al in 2009 vermoedde dat het betrokken was bij witwaspraktijken. ING liet grote bedragen met duistere oorsprong door de mazen van het net glippen, waaruit nog maar eens blijkt dat haar strijd tegen corruptie ontoereikend is.
Gendergelijkheid
Bekijk Details
ING heeft een doelstelling voor 30% vrouwenparticipatie in hoge posities. Dit percentage werd enkel bereikt voor de Raad van Toezicht. Wel heeft de bank trainingsprogramma's om de doorstroom van vrouwen naar seniorposities te bevorderen. ING onderschrijft sinds 2020 ook de Women’s Empowerment Principles (WEP's). Dat houdt in dat ING intern een nultolerantiebeleid heeft tegen genderdiscriminatie, en dat de bank zich toelegt op het waarborgen van gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke medewerkers.
Het beleid schiet tekort voor bedrijven waaraan ING krediet verleent of in belegt. Bedrijven worden wel aangemoedigd om de mensenrechtenrisico’s te verkleinen waar mensen door hun gender aan worden blootgesteld. Bij projectfinanciering wordt daarnaast van bedrijven verwacht dat zij een beleid hebben voor gelijke beloning van vrouwen. Deze verwachting geldt echter niet voor andere vormen van kredietverstrekking of voor bedrijven waarin wordt belegd.
ING heeft daarnaast geen beleid om bedrijven aan te moedigen ketenverantwoordelijkheid te nemen op het gebied van gendergelijkheid door gendercriteria op te nemen in hun inkoopbeleid.
ING verwacht niet van bedrijven dat ze beleid hebben tegen genderdiscriminatie. Er zijn ook geen streefcijfers voor vrouwenparticipatie in hoge posities voor de bedrijven die ze financiert of waarin ze belegt. Er wordt bovendien niet van bedrijven verwacht dat ze genderdiscriminatie van klanten tegengaan, of dat ze de doorstroom van vrouwen naar seniorfuncties bevorderen.
Uit het praktijkonderzoek ‘Dutch banks’ actions on gender’ (maart 2020) blijkt dat ING’s Raad van Bestuur niet voldoet aan het wettelijk streefcijfer van minimaal 30 procent vrouwen aan de top. In ING’s Executive Board zit zelfs geen enkele vrouw. Uit ING’s website en jaarverslagen blijkt niet dat de bank loonverschillen tussen mannelijke en vrouwelijke medewerkers monitort en dat de bank actie onderneemt om deze te verkleinen. ING eist van bedrijven waarin het investeert geen nultolerantiebeleid tegen discriminatie van vrouwen.
Ondanks de heldere aanbevelingen van het VN-agentschap UN Women heeft de bank geen expliciet beleid specifiek gericht op bevordering van gelijkstelling van mannen en vrouwen. ING investeert miljarden dollars in mijnbouw-, elektronica-, papier- en kledingbedrijven waar het risico op geweld tegen vrouwen groot is en waar de gezondheid van vrouwen gevaar loopt.
ING rapporteert niet in jaarverslagen of mensenrechtenrapporten of ze deze klanten en bedrijven aanspreekt op hun aanpak van ongelijkheid tussen vrouwen en mannen of het beschermen van de gezondheid en mensenrechten van vrouwen.
Bankprofiel
ING is een omvangrijke universele bank met hoofdzetel in Nederland. Naast het ophalen van spaargeld en het geven van (hypothecaire leningen) doet ze ook aan handel van aandelen, van obligaties, derivaten en andere financiële producten. De bank is ook actief als verzekeraar.
Van alle grootbanken in België, behaalt ING de hoogste score. Toch is haar voorsprong de voorbije jaren geslonken. Hoewel ze vooruitgang boekte op klimaatbeleid, transparantie en gendergelijkheid, scoort de bank op deze vlakken nog steeds net of niet voldoende. Ondanks haar tamelijk sterk beleid op vlak van corruptie, natuur, mensen- en arbeidsrechten kwam ING regelmatig in het nieuws als betrokken partij bij witwaspraktijken of schadelijke investeringen. Een striktere toepassing van de beleidsregels in de praktijk is dus hoog nodig.
Dit onderzoek is gebaseerd op de gegevens van de hele bankgroep.