onKernelRequest
onKernelResponse
  naar nieuws

Gisteren zijn we met het inhoudelijk team van FairFin in Brussel-Zuid op de Eurostar gestapt richting de People’s Summit for Climate Justice in Glasgow. De voorbije twee weken stond de wereld van banken en klimaat in rep en roer. Wij zaten samen met BNP Paribas, KBC, Ageas en de Nationale Bank in een debat over klimaat. Enkele dagen later zetten we een autowrak uit Verviers voor de deur van meneer Wunsch, de gouverneur van de Nationale Bank. Kort erna kwamen we erachter dat KBC tijdens het debat een loopje met de waarheid nam. Op de COP deed een deel van de grootste banken en fondsen ondertussen een groteske verklaring dat ze met hun geld de wereld zouden redden. Om aan deze wervelwind van ontwikkelingen betekenis te geven, besloten we onze treinreis richting Glasgow te gebruiken om hieronder samen te vatten hoe wij de rol van de financiële sector in de klimaatconferentie zien.

De 26ste COP, in Glasgow, wordt voorgesteld als de laatste kans. Het laatste grote moment waarop we internationaal de mogelijkheid hebben om doortastende beslissingen te nemen en het perspectief op een leefbaar klimaat open te houden. Als de maatregelen niet drastisch genoeg zijn, zetten we ons vast in een straatje waarbij we klimaatopwarming van meer dan 1,5 graden niet meer tegen kunnen houden.

COP26 is ook de klimaattop waarbij de financiële sector prominenter op het grote toneel is dan ooit. De grootste banken en investeringsfondsen, waaronder ook BNP Paribas, vormden een “Glasgow Financial Alliance for Net Zero” (GFANZ) en verklaarden tijdens de “climate finance day” vol zelfvertrouwen dat ze het nodige geld – 130 duizend miljard dollar – ter beschikking stellen voor de transitie. Maar achter dat blakend zelfvertrouwen schuilen weinig concrete maatregelen. De banken engageren zich om binnen dertig jaar voor een netto nuluitstoot te gaan, maar houden vaag wat dat volgens hen concreet inhoudt en hoe ze dat doel willen bereiken. Het grootste probleem met hun statement is dat ze nog steeds weigeren de geldstroom naar nieuwe fossiele brandstoffen stil te leggen. Zolang die geldstroom vloeit, zijn we aan het dweilen met de kraan open.

Dat blijkt ook uit het overduidelijke advies van het Internationaal Energie Agentschap. Die zeiden in mei van dit jaar wat wij en vele andere NGO’s en onderzoekers al lang zeggen: als we de opwarming tot 1,5 graden willen beperken, moeten we niet morgen maar nu onmiddellijk, stoppen met het ontginnen van nieuwe steenkool, olie – en gasbronnen. Het agentschap stelde de allerlaatste deadline daarvoor op eind 2021, nog twee maanden. Dat betekent dat wie op dit moment nog nieuwe ontginning van fossiele brandstoffen financiert, eigenhandig de deur dicht doet voor het klimaat. Achter de schermen waren er in de laatste maanden nochtans pogingen om de banken van GFANZ te overtuigen zich in Glasgow te engageren om geen nieuwe fossiele brandstoffen te financieren. Maar de banken lobbyden succesvol tegen dat engagement, terwijl ze claimen de redders van het klimaat te zijn.

Toegevingen en greenwashing

Als de grootbanken iets bewezen hebben nu ze zich zo prominent op het internationale klimaattoneel tonen, is het dat we ze niet kunnen vertrouwen om de transitie in goede banen te leiden. In plaats van een aanzet tot actie, lijken ze dit cruciaal moment voor de toekomst van ons klimaat eerder te zien als een geweldige kans om zichzelf te promoten. Dat zagen we ook tijdens het “Grote Shift” debat van De Standaard waar FairFin aan deelnam als factchecker. BNP Paribas wou geen enkel concreet engagement nemen rond het verminderen - laat staan stoppen - van financieren van fossiele brandstoffen. 

Maar bovenal de positie van KBC tijdens het debat sprak boekdelen. CEO Johan Thijs koos het debat uit om aan te kondigen dat zijn bank niet langer bedrijven zal financieren die nieuwe olie en gas ontginnen. Een opvallend, veelbelovend engagement. Maar zodra je de kleine lettertjes van dat beleid leest, wordt duidelijk dat Johan Thijs zijn belofte niet waarmaakt. Bedrijven die voor catastrofale klimaatopwarming kiezen en nieuwe olie en gas blijven ontginnen kunnen tot 2030, nog 8 jaar, terecht bij KBC om leningen te krijgen. Dat een bank zo’n debat misbruikt om ons als klanten en burgers te misleiden, wijst erop dat KBC meer bezig is met zichzelf te profileren dan haar verantwoordelijkheid te nemen voor het klimaat.

Daarnaast hebben de deelnemers aan het debat ook interessante toegevingen gedaan. Ze erkennen dat er inderdaad een groot aantal investeringen bestaat die noodzakelijk zijn voor de transitie - zoals bijvoorbeeld in het renoveren van woningen - maar die tegelijkertijd niet winstgevend en dus niet commercieel interessant zijn. Ze gaven dus toe dat de markt deze uitdaging niet aankan en dat de overheid hier nodig is, onder andere door te bepalen welke investeringen verboden zijn.

Maar op de COP komt daar niets van in huis. Ook al engageren meer dan 20 landen zich om de publieke steun aan fossiele brandstoffen te verminderen, laat men financiële actoren nog steeds onbeperkt investeringen doen die de toekomst van de planeet in gevaar brengen. Dat maakt van de klimaatconferentie vooral een uitgelezen moment voor de 'Glasgow Financial Alliance for Net Zero' om zichzelf te promoten en hun winsten veilig te stellen. Door te focussen op netto nuluitstoot verlegt de sector de focus van cruciale vermindering in vervuiling naar projecten die uitstoot compenseren. Enerzijds beschermt dit de winsten van de banken door niet te raken aan de groei van vervuilende industrieën. Anderzijds biedt deze zogenaamde “offset market” een nieuwe bron aan financiële producten waar op gespeculeerd kan worden. Als overheden toelaten dat de financiële sector de agenda bepaalt, zullen hun winsten duidelijk voorgaan aan een betekenisvolle transitie. Net daarom hebben publieke instanties een belangrijke rol te spelen om ervoor te zorgen dat het geld op de juiste plaats komt.

De Europese Centrale Bank (ECB) kan een cruciale rol spelen in dat reguleren en stimuleren van banken richting een duurzaam beleid. Als toezichthouder moeten ze controleren of banken de regels naleven en vanuit het monetair beleid hebben ze een grote invloed op de geldstromen omdat ze voor duizenden miljarden aan banken lenen en schulden opkopen. Op dit moment gebruikt de ECB die tools zonder rekening te houden met klimaat, waardoor miljarden euro’s naar vervuilende bedrijven gaan. De interventies van de ECB hebben een onmiskenbare impact op het klimaat.

Daarom was het zo verontrustend dat Pierre Wunsch, de gouverneur van de nationale bank van België, op het debat van De Standaard aangaf geen rol te zien voor de ECB in het bestrijden van de klimaatcrisis. Een erg vreemde positie, want diezelfde ECB waar hij deel van uitmaakt heeft ondertussen wel al erkend dat monetair beleid impact heeft op het klimaat en de ECB ook een rol te spelen heeft. Die erkenning is een goede eerste stap, al blinken ook zij momenteel vooral uit in vaagheid. Een netwerk van centrale banken dat zich met klimaat bezig houdt - Network for Greening the Financial System - deed een verklaring tijdens de eerste week van de COP, maar ook zij nemen geen concrete maatregelen. Op dit moment van de waarheid blijven ze hangen bij monitoren en verder opvolgen van mogelijke risico’s.  Het enig lichtpuntje is dat de Britse centrale bank een eerste concrete stap heeft gezet. Ze kopen niet langer obligaties op van steenkoolbedrijven.

Wat moeten we hiermee?

We weten nu al dat de officiële klimaattop niet aan de noden van de crisis zal voldoen. We weten dat de banken niet op de afspraak zijn. Dat hun imago en winst primeert boven een doortastend klimaatbeleid. Dat de centrale banken, zowel met hun monetair beleid en als toezichthouders nog in het verleden vastzitten. We kunnen niet langer vrede nemen met het aanklagen van de praktijken van de banken. Met overheden die altijd klaar staan om banken te redden, maar te laf zijn om geld uit fossiel en naar de transitie te laten stromen. 

Wij hebben het recht om invloed te hebben in deze cruciale beslissingen. Het is geen onmogelijke eis dat overheden ingrijpen om investeringen in fossiel aan banden te leggen. Het is een noodzakelijke maatregel om een sector in het gareel te krijgen die duidelijk niet in staat is zelf haar enorme verantwoordelijkheid te nemen. Alleen zo houden we een leefbaar klimaat mogelijk. 

Het is niet vergezocht om democratische controle op de centrale banken te eisen. Ze zijn vandaag toch al niet onafhankelijk. 98 procent van de deelnemers aan hun adviescomités komt uit de financiële sector. Ze zijn enkel onafhankelijk van de democratie. Als we echt iets willen doen aan klimaatopwarming moeten we deze immense hefboom volop inzetten. Zo zorgen we dat de grote middelen beschikbaar worden voor noodzakelijke investeringen die de markt niet wil doen. De centrale banken moeten samenwerken met publieke banken en andere investeringsfondsen van de overheid. Daarvoor moeten we zelf taboes doorbreken en de beweging voor klimaatrechtvaardigheid breder en dieper maken. 

Daarom zijn wij op de People’s Summit for Climate Justice in Glasgow. Die verenigt experten, activisten, getroffen groepen en het breed publiek om een duidelijk alternatief te ontwikkelen op de teleurstellende plannen die we de afgelopen dagen zagen langskomen. FairFin zal deelnemen aan dat proces, onze expertise over het financieel systeem inbrengen en leren uit de ervaringen en kennis van andere deelnemers. Ondertussen houden we jullie via onze website en sociale media op de hoogte, delen we cruciale informatie en maken we analyses die de weg duiden naar een écht ambitieus en realistisch klimaatbeleid.